Afschaffen van transfervergoeding zal funest zijn voor Nederlands voetbal

De wereldwijde spelersvakbond (FIFPro) heeft op 18 september een klacht ingediend bij de Europese Commissie in Brussel. De klacht richt zich op het bestaande transfersysteem. Een van de doelen van FIFPro is het afschaffen van transfervergoedingen. Voor het Nederlandse voetbal is dat slecht nieuws. Transfers maken onderdeel uit van de bedrijfsvoering en zijn voor veel clubs noodzakelijk om een positief resultaat te behalen.

Het huidige transfersysteem is in 2001 door de EU, de Uefa en de Fifa vastgesteld. De transferregels zijn vastgelegd in een reglement van de Fifa. Het systeem moest in theorie leiden tot stabiele contracten en een betere verdeling van geld tussen de rijke en arme clubs. De praktijk is anders. Volgens FIFPro is er veel contractonzekerheid en leidt het huidige transfersysteem er juist toe dat de kloof tussen arme en rijke clubs groter wordt.

De afgelopen jaren heeft FIFPro met de Uefa en de Fifa onderhandeld over een gewijzigd transfersysteem. Na het stuklopen van deze onderhandelingen, heeft FIFPro besloten haar klacht in te dienen bij de Europese Commissie. Kort samengevat stelt FIFPro dat het transfersysteem in strijd is met Europees recht. Een onderdeel van haar klacht heeft betrekking op de transfervergoedingen die worden betaald bij het tussentijds afkopen van contracten. Dit leidt tot oneerlijke concurrentie. Alleen rijke clubs zijn immers in staat om hoge transfervergoedingen te betalen. In de ideale voetbalwereld van FIFPro wordt de transfervergoeding dan ook afgeschaft.

Voor het Nederlandse voetbal kan afschaffing van de transfervergoeding grote gevolgen hebben. Nederlandse clubs zijn in grote mate afhankelijk van transferinkomsten. Nederland behoort bij de financiële koplopers op de transfermarkt (zie FD 1 september). Nederlandse clubs profiteren financieel van het transfersysteem.Als de transfervergoeding wordt afgeschaft, verdwijnt dat voordeel. Er zal minder worden geïnvesteerd in de jeugdopleiding en dat leidt op termijn tot een daling van de kwaliteit.

Maatregelen om de kloof tussen de arme en rijke clubs te verkleinen zijn welkom. De vraag is echter of de enkele afschaffing van de transfervergoeding dat bewerkstelligt. Ik denk van niet. FIFPro lijkt uit te gaan van de gedachte dat zonder transfervergoedingen clubs gelijke kansen hebben om een speler in te lijven. Deze gedachte miskent dat clubs uit de grote voetballanden door hogere sponsorinkomsten en tv-gelden in staat blijven om hogere salarissen te betalen. Spelers zullen blijven kiezen voor clubs waar zij het meest kunnen verdienen.

Of de transfervergoeding werkelijk zal verdwijnen, valt nog te bezien. De Europese Commissie moet eerst bepalen of zij de klacht behandelt. Vervolgens kan het lang duren voordat er uitsluitsel komt. De kans is groter dat stakeholders de onderhandelingen over een gewijzigd transfersysteem zullen heropenen. FIFPro heeft duidelijk aangegeven daarvoor open te staan. Haar klacht heeft daarom veel weg van een drukmiddel voor de onderhandelingen. Voor het Nederlandse voetbal is te hopen dat afschaffing van de transfervergoeding bij heropende onderhandelingen geen onderdeel van een eventueel akkoord zal zijn.

Dit artikel is gepubliceerd in Het Financieele Dagblad op 5 november 2015.