De klachtplicht voor ondernemers

expertise:

Corporate law

25 January 2022

Een schuldeiser moet controleren of een door de schuldenaar geleverde prestatie beantwoordt aan de overeenkomst. Meent de schuldeiser dat de prestatie een gebrek vertoont, dan moet hij binnen bekwame tijd protesteren bij de schuldenaar. Dit is de zogenaamde klachtplicht (art. 6:89 BW). De algemene klachtplicht geldt voor alle prestaties, zoals de bouw van een kantoorpand, het verrichten van onderhoud of het geven van advies. De wet bevat ook een specifieke klachtplicht ten aanzien van koop van (on)roerende zaken en aandelen (art. 7:23 BW).

Blijkt aan de geleverde zaak, dienst of aandelen een eigenschap te ontbreken die deze volgens de schuldenaar of verkoper bezat (in geval van een garantie) dan moet worden geklaagd binnen bekwame tijd na ontdekking.

De ratio van de klachtplicht is dat een schuldenaar er enerzijds op moet kunnen vertrouwen dat de schuldeiser met bekwame spoed onderzoekt of de door de schuldenaar geleverde prestatie aan de overeenkomst beantwoordt. Anderzijds moet de schuldenaar worden beschermd tegen late en daardoor moeilijk te betwisten klachten als de prestatie niet aan de overeenkomst beantwoordt.

Onderzoeks- en mededelingsplicht

De klachtplicht heeft alleen betrekking op de situatie dat de schuldenaar zijn verplichting niet correct nakomt. Er moet dus sprake zijn van een gebrek in de prestatie. Bijvoorbeeld, de schuldenaar levert acht in plaats van tien kubieke meter zand of levert een machine zonder een eigenschap die partijen waren overeengekomen. 

De klachtplicht bestaat uit een onderzoeksplicht en een mededelingsplicht. Voor beide plichten geldt een bepaalde termijn. Die verschilt van geval tot geval.

De schuldeiser is gehouden om met een bepaalde voortvarendheid te onderzoeken of de prestatie of het gekochte beantwoordt aan de overeenkomst. Of de schuldeiser voortvarend genoeg heeft gehandeld, hangt af van de omstandigheden van het geval, zoals de aard en de waarneembaarheid van het gebrek, de wijze waarop het gebrek is ontdekt, de deskundigheid van de schuldeiser, de onderlinge verhouding tussen partijen, de aard van het gekochte, de mededelingen van de schuldenaar en de ingewikkeldheid van het onderzoek.

Vervolgens is de schuldeiser in het kader van de mededelingsplicht gehouden om binnen bekwame tijd te klagen over het gebrek. Of tijdig is geklaagd, wordt beoordeeld aan de hand van een afweging van de belangen van de schuldeiser en die van de schuldenaar. Daarbij spelen alle omstandigheden van het geval een rol, zoals de ernst van het gebrek. Lijdt de schuldenaar geen nadeel door de (te) lange klachttermijn, dan zal de schuldeiser aan de klachtplicht hebben voldaan.

Hoewel de schuldeiser vormvrij kan klagen, moet hij wel kunnen aantonen dat hij tijdig heeft geklaagd. De schuldeiser doet er dus goed aan om schriftelijk te klagen. Bij grote belangen verdient het aanbeveling om de brief aangetekend of bij deurwaardersexploot te verzenden. In de klacht moet de schuldeiser  duidelijk maken wat de aard en de omvang van het gebrek is.

Om te voorkomen dat discussie ontstaat over de lengte van de klachttermijn, zullen professionele partijen vaak contractueel afwijken van de wettelijke regeling. Zo kunnen professionele partijen bijvoorbeeld afspreken dat het gekochte direct na aflevering moet worden onderzocht en dat in geval van een gebrek vervolgens binnen zeven dagen schriftelijk geklaagd dient te worden.

Door het geven van een garantie kan bereikt worden dat de klachtplicht van de schuldeiser of koper pas gaat lopen nadat – ontdekt – is (dus niet al nadat hij dat redelijkerwijze had moeten ontdekken) dat de gegarandeerde eigenschap ontbreekt.

Klaagt de schuldeiser niet of niet tijdig, dan vervallen al zijn rechten die gebaseerd op de stelling dat de prestatie of het gekochte niet beantwoordt aan de overeenkomst. Dit houdt in dat de schuldeiser onder andere geen recht meer heeft op nakoming (bijvoorbeeld in de vorm van herstel van het gebrek) of schadevergoeding. Ook een beroep op wilsgebreken, zoals dwaling, is dan niet meer mogelijk.

Advies

De schuldeiser, die te maken krijgt met een geleverde prestatie die niet aan de overeenkomst beantwoord, moet tijdig te klagen bij zijn wederpartij. Doet hij dit niet dan vervalt iedere rechtsvordering. Klaagt de schuldeiser wel tijdig, dan is het van belang dat de schuldeiser tijdig een rechtsvordering instelt. Het is dus van belang dat de schuldeiser bij (verwachte) gebrekkige prestaties zich tijdig laat adviseren. Ook over het al dan niet maken van afspraken over de klachtplicht in een te sluiten contract. Voorkomen moet worden dat de schuldeiser zijn rechten verspeelt.

 

Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel of heeft u andere ondernemingsrechtelijke vragen, neemt u dan gerust vrijblijvend contact op met Marc Janssen of andere leden van de sectie ondernemingsrecht.