Kan een GPS-uitdraai als bewijs voor ontslag op staande voet dienen?

expertise:

Employment law

newsletter:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

This field is for validation purposes and should be left unchanged.

09 August 2018

Regelmatig worden volgsystemen (zoals GPS) in bedrijfsauto’s geplaatst. Hiermee kunnen werkgevers nagaan waar auto’s zich bevinden. Dit gebeurt vaak om verschillende redenen, bijvoorbeeld in verband met de planning van werkzaamheden of voor het bijhouden van een  rittenadministratie. Omdat een volgsysteem invloed heeft op de privacy van werknemers, dienen werkgevers zorgvuldig met dergelijke systemen (en de daaruit verworven informatie) om te gaan. Ook moeten zij rekening houden met de Algemene Verordening Gegevensbescherming (‘AVG’).

Van tijd tot tijd krijgen wij de vraag of informatie uit volgsystemen gebruikt kan worden in een ontslagprocedure. Dat kan, maar is niet altijd geheel risicoloos. Een recente uitspraak van de Kantonrechter Zwolle laat dit zien. In deze blog staan wij kort bij deze kwestie stil. 

Wat speelde er?

Werkneemster is bij werkgever, een thuiszorgorganisatie, als Helpende in dienst. Voor de uitoefening van haar werkzaamheden krijgt werkneemster een bedrijfsauto ter beschikking gesteld. De auto is voorzien van een GPS-systeem. Daaruit valt onder meer af te leiden hoe lang de auto bij een bepaald adres heeft stil gestaan.

Op enig moment wordt werkneemster op staande voet ontslagen. De reden hiervoor is – kort gezegd – dat werkneemster uren heeft gedeclareerd die zij niet gewerkt heeft, verleende zorg niet of niet juist gerapporteerd heeft en rapportages heeft opgesteld zonder dat er zorg is verleend.

Werkneemster is het oneens met het ontslag op staande voet, waarna een procedure bij de kantonrechter volgt.

Bewijslevering door ongevraagde GPS-uitdraai

Ter onderbouwing van het ontslag, wordt door werkgever (delen van) de GPS-uitdraai uit de bedrijfsauto van werkneemster overgelegd. Daaruit blijkt onder meer dat de door werkneemster gedeclareerde uren per cliënt niet overeenkomen met de tijden dat de auto bij de desbetreffende cliënten heeft stil gestaan. Er zit dus een gat tussen de uren die werkneemster heeft gewerkt en uiteindelijk heeft gedeclareerd.

Werkneemster meent dat de GPS-uitdraai als onrechtmatig verkregen bewijs buiten beschouwing moet worden gelaten. Zij stelt dat het gebruik van de GPS-registratie een ongerechtvaardigde inbreuk vormt op haar privacy en dat dit gebruik niet voorzienbaar, niet kenbaar, volledig willekeurig en disproportioneel is.

Werkgever licht tijdens de zitting toe dat zij het GPS-volgsysteem niet zelf in de auto heeft geplaatst, maar dat dit is geplaatst door het verhuurbedrijf waar zij de auto aanvankelijk heeft gehuurd en later heeft gekocht. Volgens werkgever heeft zij de GPS-uitdraai ongevraagd toegestuurd gekregen en heeft zij deze in eerste instantie gebruikt om een door de werkneemster ingestelde loonvordering te controleren. Bij deze controle is (per toeval) gebleken dat werkneemster onjuiste declaraties en zorgrapporten heeft ingediend, aldus werkgever.

Oordeel kantonrechter

Volgens de kantonrechter is het nog maar zeer de vraag of sprake is van onrechtmatig verkregen bewijs. Wat hier ook van zij, ook indien wordt vastgesteld dat bewijsmateriaal door de partij die zich erop beroept onrechtmatig is verkregen, geldt niet als algemene regel dat de rechter daarop geen acht mag slaan.

In beginsel wegen het algemene maatschappelijke belang dat de waarheid in rechte aan het licht komt, alsook het belang dat partijen erbij hebben hun stellingen in rechte aannemelijk te kunnen maken, zwaarder dan het belang van uitsluiting van bewijs. Slechts indien sprake is van bijkomende omstandigheden, is volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad uitsluiting van dat bewijs gerechtvaardigd.

Dergelijke bijkomende omstandigheden heeft werkneemster niet gesteld en zijn ook niet gebleken, aldus de kantonrechter. De stelling van werkneemster dat de GPS-uitdraai als onrechtmatig verkregen bewijs buiten beschouwing moet worden gelaten, wordt daarom gepasseerd.

Werkneemster heeft voorts geen feiten en omstandigheden gesteld op grond waarvan moet worden aangenomen dat de GPS-uitdraai niet deugt, zodat de kantonrechter uitgaat van de juistheid van de daarin opgenomen gegevens.

De kantonrechter laat het ontslag op staande voet daarom in stand.

Tot slot

De werkgever in deze kwestie had geluk. De kantonrechter had ook anders kunnen oordelen. Zoals gezegd moeten werkgevers bij het gebruik van volgsystemen rekening houden met de AVG. Dit brengt voor werkgevers een informatieplicht met zich mee: werknemers moeten o.a. weten of zij gevolgd (kunnen) worden en wat het doel daarvan is. Een behoorlijk protocol is dan noodzaak.

Van een dergelijk protocol is in de hiervoor besproken uitspraak niet gebleken. Evenmin was de werkneemster geïnformeerd over het doel van het volgsysteem. Deze handelswijze van de werkgever strookt niet met hetgeen is bepaald in de AVG. De rechter had in dit geval daarom kunnen besluiten het bewijs buiten toepassing te laten.

Overigens staat dit nog los van het feit dat de werkneemster bij de Autoriteit Persoonsgegevens (‘AP’) over de GPS-uitdraai kan klagen. De AP is de Nederlandse toezichthouder en kan sancties opleggen als een organisatie de AVG niet goed toepast.

 

Heeft u vragen over het gebruik van volgsystemen voor uw personeel? Of heeft u behoefte aan een deugdelijk protocol? Neem dan gerust contact op met Karen Knook (+31 73 8000 936 / k.knook@banning.nl) of een van de andere leden van het Privacy-team (privacy@banning.nl).

 

Bron: Kantonrechter Zwolle 15 juni 2018, ECLI:NL:RBOVE:2018:2409