Profiteren van andermans bedrijfsdebiet niet altijd onrechtmatig

expertise:

Intellectual Property

newsletter:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

This field is for validation purposes and should be left unchanged.

18 March 2018

Om concurrentievoordeel te behalen, investeren ondernemingen in goodwill, knowhow en commerciële informatie. Dergelijke investeringen kunnen niet altijd worden beschermd door een intellectueel eigendomsrecht. Uit een recente uitspraak in kort geding van de rechtbank Den Haag blijkt dat optreden tegen een concurrent, die andermans bedrijfsinformatie gebruikt, niet altijd eenvoudig is. Deze uitspraak onderstreept daarmee de noodzaak voor ondernemers om de bescherming van bedrijfsinformatie goed te regelen.

Huis-aan-huisbladen ‘De Scheveningsche Courant’ versus ‘De Scheveninger’

HKM is uitgever van het huis-aan-huisblad De Scheveningsche Courant. Het blad wordt gefinancierd door advertenties. Gedaagde was directeur en (indirect) aandeelhouder van HKM. Hij hield zich onder andere bezig met de verkoop van advertenties. Nadat hij was ontslagen, richtte hij een eenmanszaak op om zijn eigen huis-aan-huisblad in Scheveningen te verspreiden, te weten: De Scheveninger.

Onrechtmatige concurrentie?

HKM stelt onder andere dat er sprake is van onrechtmatige concurrentie en onrechtmatige/slaafse nabootsing. Volgens HKM is de oud-directeur na zijn ontslag een blad gaan aanbieden dat vrijwel identiek is aan De Scheveningsche Courant. Daarnaast gebruikt hij commerciële kennis die hij heeft opgedaan bij HKM om adverteerders over te laten stappen. Ook verschijnt De Scheveninger één dag eerder dan De Scheveningsche Courant waardoor het blad van HKM minder actueel is en minder advertentiewaarde heeft.

HKM meent dat de oud-directeur over essentiële informatie beschikt en dat dit in de eerste drie maanden heeft geleid tot een afname aan advertentie-inkomsten. Bovendien heeft hij, aldus HKM, leugens verspreid over de verspreidingsgebieden van beide bladen, twee personeelsleden van HKM aangetrokken, bezorgers van HKM benaderd, is de vaste persfotograaf van HKM overgestapt en voert hij een campagne tegen De Scheveningsche Courant.

De rechter ziet dat anders. Vaststaat dat De Scheveninger een grote concurrent is van De Scheveningsche Courant. Het staat een concurrent in principe vrij om een nieuw huis-aan-huisblad uit te geven, hoe zuur dat ook is voor HKM. Profiteren van andermans bedrijfsdebiet is slechts onrechtmatig wanneer dat staat in een concurrentie- of relatiebeding, of sprake is van bijzondere omstandigheden. Van dit alles is in deze zaak niet voldoende gebleken.

Dat de oud-directeur bekend is met (de gegevens van) adverteerders, betekent nog niet dat hij de adverteerders op onrechtmatige wijze heeft bewogen over te stappen naar zijn blad. Dit geldt temeer nu er geen sprake is van vertrouwelijke informatie: de adverteerders waren publiekelijk bekend. De rechter merkt verder op dat het de oud-directeur vrijstaat ‘scherpe’ tarieven te hanteren, dat de adverteerders voor de desbetreffende huis-aan-huisbladen gezocht worden in dezelfde kleine vijver en dat niet valt in te zien waarom De Scheveninger niet één dag eerder zou mogen worden verspreid. Daar komt bij dat de medewerkers en de persfotograaf uit eigen beweging en uit onvrede zijn overgestapt.

Van onrechtmatige concurrentie, door stelselmatige afbreuk van andermans duurzaam bedrijfsdebiet, is vooralsnog geen sprake, vindt de rechter.

Slaafse nabootsing?

HKM stelt voorts dat De Scheveninger een kopie is van de Scheveningsche Courant waarmee de oud-directeur zich schuldig maakt aan slaafse nabootsing. Meer specifiek stelt HKM dat de namen nauwelijks verschillen. De Scheveningsche Courant wordt namelijk in de volksmond ook wel ‘De Scheveninger’ of ‘De Scheveninger Courant’ genoemd. Bovendien publiceren beide bladen een column genaamd ‘Zô mar ’n preitje’, geven beide bladen een jaarkalender uit, hanteren beide bladen eenzelfde rubriek voor gratis advertenties, publiceren beide bladen op dezelfde wijze de waterstanden en maken beide bladen gebruik van dezelfde fotograaf.

Voor slaafse nabootsing is nodeloos verwarring bij het publiek vereist en dat het nagebootste product (zoals een blad) een eigen gezicht in de markt heeft. Het beroep van HKM faalt, omdat niet kan worden aangenomen dat er nodeloze verwarring ontstaat bij het publiek. De verschillen zijn in één oogopslag overduidelijk: de Scheveninger wordt uitgegeven op het formaat tabloid en De Scheveningse Courant op broadsheet. Daarnaast vertonen de voorpagina’s duidelijke verschillen, zoals de positionering van foto’s en logo’s in een andere kleur. Er is dus geen overeenstemmende totaalindruk.

Bovendien is niet aannemelijk is dat De Scheveningsche Courant een eigen gezicht heeft. Het blad wijkt niet opvallend af van andere huis aan huisbladen.

Conclusie: ook HKM’s beroep op slaafse nabootsing faalt.

Praktische tips

Voor ondernemingen is van groot belang om bedrijfsinformatie te beschermen. Goede contractuele bedingen – zoals geheimhoudings-, relatie- en concurrentiebedingen – zijn daarbij het uitgangspunt. Mogelijk was bovenstaande zaak anders gelopen indien er wel zulke voorzorgsmaatregelen genomen zouden zijn.

Meer weten?

Heeft u naar aanleiding van deze blog vragen over onrechtmatige concurrentie met bedrijfsinformatie of de bescherming van uw bedrijfsinformatie? Neem dan contact op met Ranee van der Straaten of Floris de Vriend.