Wetsvoorstel cliëntenrechten zorg in huidige vorm van de baan

sector:

Zorg

24 February 2013

Het Ministerie van VWS heeft in een brief d.d. 8 februari 2013 aan de voorzitter van de Tweede Kamer aangegeven dat het wetsvoorstel cliëntenrechten zorg in de huidige vorm van de baan is. In de plaats hiervan zullen op termijn 5 separate onderwerpen uit die wet in afzonderlijke wetsvoorstellen aan de Tweede Kamer worden aangeboden.

Het wetsvoorstel cliëntenrechten zorg is in 2010 naar de Tweede Kamer gezonden. Met het wetsvoorstel werd beoogd een aantal zorggerelateerde juridische zaken te vervatten in één wettelijke regeling. Het wetsvoorstel bevatte onder meer regels ten aanzien van de kwaliteit van zorg, de verhouding tussen de zorgaanbieders en cliënten (waaronder met betrekking tot privacy en dossiervorming) inclusief een klachtenregeling en medezeggenschapsregels, maar ook regels ten aanzien van de bestuurlijke inrichting van zorginstellingen. Ook zou met invoering van het wetsvoorstel de Wet toelating zorginstellingen komen te vervallen. Bij separaat wijzigingsvoorstel is het wetsvoorstel in 2012 uitgebreid met een uitgebreide regeling die het mogelijk moet maken dat zorginstellingen onder bepaalde voorwaarden winst kunnen uitkeren aan aandeelhouders.

Het wetsvoorstel heeft als zodanig op veel kritiek gestuit, onder andere vanuit zorginstellingen zelf. Ook vanuit de Raad van State, het KNMG (Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst) en de Orde van Medisch Specialisten werd kritiek geuit op het wetsvoorstel. Zo zou onder meer de noodzaak van het wetsvoorstel onduidelijk zijn, en zou het wetsvoorstel weinig van de bestaande knelpunten in de uitoefeningen van cliëntenrechten oplossen en daarom niet aansluiten bij de praktijk. Ook het voorstel om winstuitkeringen onder bepaalde omstandigheden mogelijk te maken heeft geleid tot veel commotie, waarbij onder andere werd betoogd dat winstuitkering ten koste zou gaan van de kwaliteit van de zorg.

De Minister van VWS heeft, mede gezien de kritiek, bij brief d.d. 8 februari 2013 aangegeven het wetsvoorstel grondig te zullen herzien. Om desalniettemin de meer urgente onderdelen van het wetsvoorstel – waaronder de klachtenregeling voor cliënten – in te kunnen voeren, heeft de Minister besloten om de 5 belangrijkste onderdelen van het wetsvoorstel in separate wetsvoorstellen aan te bieden aan de Tweede Kamer. Het betreft de onderwerpen klachten en geschillen, kwaliteit van zorg, goed bestuur en medezeggenschap, aanpassing van de Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst en aanpassing van de Wet toelating zorginstellingen.  In april 2013 zal een eerste nota van wijzigingen met betrekking tot klachten en geschillen aan de Tweede Kamer worden aangeboden. De overige wetsvoorstellen volgen later in de kabinetsperiode.

Het voorgaande brengt grote onduidelijkheid met zich mee inzake (onder meer) het voornemen om winstuitkeringen door zorginstellingen onder bepaalde voorwaarden mogelijk te maken. Hoewel de Minister hier niet met zoveel woorden over uitwijdt, is de vraag of dit onderwerp deel uit zal maken van de meer spoedeisende onderwerpen die op korte termijn aan de Tweede Kamer worden aangeboden, bijvoorbeeld als onderdeel van de aanpassing of intrekking van de Wet toelating zorginstellingen. Zodoende is voorlopig onzeker of en zo ja in hoeverre de in het wetsvoorstel opgenomen winstuitkeringsregeling ingevoerd zal worden, en zo ja op welke termijn dat zal gebeuren. Dit zal mogelijk blijken uit de concrete wijziging- en wetgevingsvoorstellen die hiertoe op (mogelijk) korte termijn door de minister bij de Tweede Kamer worden ingediend.