Batavus beëindigt ten onrechte relatie met online fietsdealer

expertise:

Competition & Regulatory

newsletter:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

This field is for validation purposes and should be left unchanged.

22 October 2009

Batavus heeft ten onrechte haar relatie beëindigd met een dealer die fietsen via internet verkocht. Dat heeft het hof Leeuwarden op 6 oktober beslist in een zaak waarbij Batavus de relatie met deze handelaar onder druk van de vakhandel had opgezegd (LJN BJ9567).

De betreffende dealer verkocht de fietsen tegen aanzienlijk lagere prijzen dan die de vakhandel rekent. Deze dealers wilden voorkomen dat zij in de toekomst alleen nog als showroom zouden gaan fungeren. Onder dreiging van een boycot hebben zij Batavus gedwongen te stoppen met het leveren van fietsen aan de internethandelaar. Batavus had geen enkel bezwaar tegen de wijze waarop de online dealer haar fietsen verkocht, maar zij heeft onder druk van een belangrijk deel van haar afnemers, uiteindelijk besloten om de handelsrelatie met de online dealer op te zeggen om te voorkomen dat zij die andere afnemers zou verliezen. De betreffende dealer heeft tegen de opzegging door Batavus geprotesteerd en een kort geding aangespannen waarbij zij veroordeling van Batavus heeft gevorderd tot voortzetting van de leveranties van fietsen.

In 2004 had Batavus voorts besloten om een selectief distributiestelsel in te voeren ten behoeve van de verkoop van haar fietsen. Dit stelsel hield in dat de distributeurs (hierna ook wel dealers genoemd) van Batavus-fietsen moeten voldoen aan bepaalde kwalitatieve eisen. Ook hanteerde Batavus daarnaast kwantitatieve selectiecriteria voor de toelating van distributeurs in de verschillende regio’s van het land en gold er een verbod voor de toegelaten distributeurs om Batavus-fietsen aan niet erkende distributeurs te verkopen. Batavus liet de internethandelaar niet toe tot haar distributiestelsel. Ook daartegen heeft de internethandelaar geprotesteerd.

Oordeel hof ten aanzien van de opzegging door Batavus

Het hof is van oordeel dat de opzegging niet een vrije en autonome keuze van Batavus is geweest, maar één die uitsluitend onder druk van genoemde distributeurs is genomen en die beoogde een eind te maken aan de prijsconcurrentie die de andere Batavus-distributeurs van de online dealer ondervonden. Daarmee is die opzegging onderdeel en sluitstuk van een onderling afgestemde feitelijke gedraging als bedoeld in artikel 6, eerste lid Mw.

Deze onderling afgestemde feitelijke gedraging had volgens het hof bovendien de strekking om de concurrentie te beperken, nu de werkelijke reden voor die opzegging was gelegen in de onvrede van distributeurs over de hoge kortingen die de internethandelaar gaf. Daarmee is gegeven dat het de handhaving van de gebruikelijke marges van de distributeurs en daarmee een verticale prijsbinding is geweest die het oogmerk vormde van de opzegging door Batavus. Hierdoor werd de prijsconcurrentie tussen de distributeurs beperkt, omdat de internethandelaar niet meer kon profiteren van de voordeliger inkoopprijzen bij Batavus, waar andere distributeurs dat voordeel bleven behouden. Het hof oordeelt (net als de rechtbank) dat de opzegging als nietig moet worden beschouwd en dus niet het beoogde rechtsgevolg heeft gehad. Batavus had aldus de leveranties aan de internethandelaar niet had mogen stopzetten. Batavus is volgens het hof aansprakelijk voor de schade die de internethandelaar heeft geleden als gevolg van de stopzetting van de leveranties

Oordeel hof ten aanzien van de weigering door Batavus de internethandelaar toe te laten tot haar selectieve distributiestelsel

Een selectief distributiesysteem wordt volgens het hof gekenmerkt door de toelating van een beperkt aantal distributeurs tot het distributienet, waarbij de beperking van de toelating wordt gebaseerd op objectieve criteria. Dat brengt mee dat de distributeur die niet aan die toelatingscriteria voldoet, kan worden geweigerd, maar de keerzijde daarvan is dat de distributeur die daaraan wel voldoet, in beginsel moet worden toegelaten, behoudens bijzondere omstandigheden. In elk geval mag de toegang tot het selectieve distributienet niet op willekeurige of discriminerende wijze plaatsvinden, omdat dit in strijd is met de grondslag voor het vrijstellen van een dergelijk verkoopstelsel van het mededingingsverbod dat immers uitgaat van het beginsel van de economische vrijheid en gelijkheid van de marktdeelnemers.

Indien de weigering van Batavus om de internethandelaar toe te laten tot haar selectief distributiestelsel niet kan worden gerechtvaardigd door de vaststelling dat internethandelaar niet voldoet aan één of meer van de door Batavus gestelde toegangscriteria, staat het Batavus naar het oordeel van het hof niet vrij om met een simpele verwijzing naar het beginsel van contracteervrijheid toch de deur voor internethandelaar dicht te doen. Mede gelet op de aard en strekking van met name de kwalitatieve toegangscriteria, zou een weigering in dat geval in strijd zijn met het verbod van willekeur, zoals hierboven aangeduid, en daarmee onrechtmatig jegens internethandelaar. Het hof oordeelt dat Batavus op grond van haar eigen kwantitatieve selectievoorwaarden de internethandelaar in 2004 niet zou hebben geweigerd toe te laten tot haar selectief distributiestelsel.

Nu de stellingen van Batavus in het hoger beroep niet kunnen slagen, bevestigt het Hof Leeuwarden het vonnis van de rechtbank.