CBb geeft oordeel over boetes in geval van overschrijding van de redelijke termijn

25 May 2014

Op 19 mei 2014 bracht de Autoriteit Consument & Markt (ACM) een bericht uit over twee centrale uitspraken van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) van 28 februari 2013. Dit was naar aanleiding van bouwzaken die betrekking hadden op Landustrie sneek B.V. en Aan de Stegge Verenigde Bedrijven B.V. Het CBb beoordeelde de gevolgen van overschrijding van de redelijke termijn, zoals bedoeld in artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden.

In de bestuurlijke fase gaf ACM toe dat de redelijke termijn van zes maanden overtreden was. Door vaste jurisprudentie is duidelijk dat voor elke overschrijding van de redelijke termijn met een half jaar, een schadevergoeding van €500 betaald moet worden.

Wat betreft de gerechtelijke fase, de Staat was verplicht een schadevergoeding van €1500 te betalen wegens het overschrijden van de gerechtelijke termijn in beroep en hoger beroep met 1 jaar en 4 maanden. De Staat heeft verklaard dat de vertraging te wijten is aan de betreffende rechter en bood daarom een vergoeding aan van €500 per half jaar overschrijding.

Aangezien de boetes in deze zaken zijn vervallen, beschouwt het CBb het beroep op overschrijding van de redelijke termijn als een verzoek om schadevergoeding. Het totale schadevergoedingsbedrag komt daarmee op €2000. De uitspraken van het CBb zijn definitief en niet aan te vechten.

Wil je hier meer over weten? Neem dan vrijblijvend contact op met Silvia Vinken via s.vinken@www.banning.nl (LinkedIn hier en website hier).

Wil je op de hoogte blijven van dergelijke zaken, download dan hier onze eBooks en nieuwsbrieven.