ESG en de Omgevingswet: wist u dat?

18 April 2024

Op 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. De wet is de nieuwe en belangrijkste wet voor de fysieke leefomgeving. Een belangrijke pijler is de duurzame ontwikkeling. Ook ondernemers hebben te maken met deze wet. De wet valt dus met recht onder de paraplu van ESG-wetgeving.

Een achttal wist-u-datjes op een rij. Hoeveel kunt u er met ‘’ja’’ beantwoorden? We sluiten af met een gratis tip!

1. Wist u dat de bewoording ‘’duurzame ontwikkeling’’ een bouwsteen vormt in de Omgevingswet?

De bewoording van een ‘’duurzame ontwikkeling’’ is terug te vinden in de beschrijving van de centrale doelstelling van de Omgevingswet. Deze doelstelling is terug te vinden in de wet zelf.

2. Wist u dat per 1 januari 2024 het Besluit bouwwerken leefomgeving (BBL) de technische bouwvoorschriften bevat voor bouwwerken?

Voor 1 januari 2024 gold het Bouwbesluit 2012. Deze regeling is per 1 januari 2024 komen te vervallen. Het Bouwbesluit 2012 bestaat dus niet meer. Hiervoor in de plaats is gekomen het BBL.

3. Wist u dat de duurzaamheidseisen aan bouwwerken zijn terug te vinden in het BBL?

In het BBL kunt u de duurzaamheidseisen aan bouwwerken terugvinden. Denkt u bijvoorbeeld aan de eisen voor Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG-eisen), de milieuprestatie-eisen, eisen aan de laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen (oplaadpunten en leidingdoorvoeren) bij gebouwen en eisen aan een systeem voor gebouwautomatisering en -controle in gebouwen. Ook de energielabelverplichtingen zijn in het BBL terug te vinden.

4. Wist u dat overgangsrecht geldt voor aanvragen voor een omgevingsvergunning bouwen die zijn ingediend vóór 1 januari 2024? En er voor de eisen aan een systeem voor gebouwautomatisering en -controle in gebouwen specifiek overgangsrecht geldt (latere inwerkingtredingsdatum)?

De Omgevingswet is een nieuwe wet en daarom voorziet de wet ook in diverse zogeheten overgangsrechtelijke bepalingen. De gedachte is dat de nieuwe juridische werkelijkheid op die manier in goede banen wordt geleid. Vanwege overgangsrecht kan het voorkomen dat het oude recht nog steeds van toepassing is en dat bepaalde nieuwe eisen nog niet gelden.  Heeft u een aanvraag voor het mogen bouwen ingediend vóór 1 januari 2024? Dan geldt dat uw aanvraag via het oude recht wordt afgehandeld. De eisen die bijvoorbeeld nog niet in werking is getreden, zijn de eisen aan gebouwautomatisering.

5. Wist u dat bestemmingsplannen niet meer bestaan, en er nu een omgevingsplan geldt voor de hele gemeente?

De wetgever wilde af van de vele bestemmingsplannen die er bestonden binnen een gemeente. Met de Omgevingswet geldt er nu één plan voor de hele gemeente: het omgevingsplan.

6. Wist u dat bestaande bestemmingsplannen binnen een gemeente van voor 1 januari 2024 tijdelijk zijn opgenomen in het omgevingsplan van de gemeente?

Alle bestaande bestemmingsplannen die golden van voor 1 januari 2024 zijn automatisch onderdeel geworden van het Omgevingsplan van de desbetreffende gemeente.

7. Wist u dat gemeenten tot 1 januari 2032 de tijd krijgen om het tijdelijke deel van het omgevingsplan en andere regels over de fysieke leefomgeving om te zetten naar een nieuw omgevingsplan?

De ‘’verplaatste’’ bestemmingsplannen van voor 1 januari 2024 hebben dus nog maar beperkte geldingsduur!

8. Wist u dat in een omgevingsplan ook gebodsbepalingen kunnen zijn opgenomen?

Nieuw is dat in ruimtelijke plannen nu ook gebodsbepalingen kunnen staan. Gemeenten zien kansen om duurzaamheid via het omgevingsplan af te dwingen, om zo de energietransitie te versnellen. Ook klimaatadaptatiemaatregelen in een gebodsbepaling opnemen behoort tot de nieuwe mogelijkheden. Hoe gemeenten concreet dit zullen oppakken is nog afwachten.

Het moge duidelijk zijn dat duurzaamheid een belangrijke bouwsteen is in de Omgevingswet. Ondanks de Omgevingswet en het BBL (als een van de onderliggende besluiten) recentelijk in werking zijn getreden, staan de eerste wijzigingen van het BBL alweer op de agenda. We verwijzen u graag naar een eerdere blog hierover. De concrete datum waarop alle wijzigingen in het BBL gaan gelden is nog even de vraag. Vanzelfsprekend houden wij dit nauwlettend in de gaten.

Veel gemeenten zijn verder druk bezig met een omgevingsvisie en omgevingsprogramma’s. De daarin opgenomen visies worden vertaald naar het omgevingsplan. Het omgevingsplan bevat de regels die gelden voor een stuk grond binnen een gemeente. Het zijn regels die gaan over het bouwen op deze grond of het gebruik van deze grond. De regels kunnen dus ook van invloed zijn op uw bedrijfsvoering.

Voor specifiek het omgevingsplan geldt dat iedere gemeente voor 2032 het tijdelijke deel van het omgevingsplan omgezet moet hebben naar het nieuwe gedeelte van het omgevingsplan. Gemeenten zullen deze omzetting naar verwachting in fases doen. Wees dus alert op besluitvorming vanuit de gemeente die van invloed is of kan zijn op uw stuk grond. De bestaande bestemmingsplannen hebben immers nu een beperkte geldingsduur gekregen, omdat ze onderdeel nu zijn van het tijdelijke deel van het omgevingsplan. Ga bij een (voorgenomen) wijziging kritisch na of dit van invloed kan zijn op uw situatie.

Onze gratis tip!

Op een omgevingsvisie of omgevingsprogramma kunt u een zienswijze indienen. Dit geldt ook voor het omgevingsplan. Deze worden eerst als ontwerp ter inzage gelegd. Tegen een vastgesteld (gewijzigd) omgevingsplan staat verder beroep open (soms is dit ook het geval bij de vaststelling van een programma).

Alle drie kunnen invloed hebben op uw ontwikkelingsplannen, bedrijfsvoering of woon- en leefklimaat. Het is dus belangrijk om eventuele besluitvorming binnen uw gemeente scherp in de gaten te houden. Er gelden ook termijnen voor het indienen van een zienswijze of het instellen van een beroep. Wacht dus niet te lang!

Een gratis tip: Meld u aan voor de e-mailservice van de overheid. Dit kan via: https://www.overheid.nl/berichten-over-uw-buurt!

Onze hulp

Een snelle eerste beoordeling nodig van uw situatie? Snel advies nodig of actie noodzakelijk is? Neem gerust vrijblijvend contact met ons op. We maken samen met u een quick scan van uw situatie. Samen bepalen we vervolgens of het zinvol is om een zienswijze in te dienen of in beroep te gaan. Mocht dit aan de orde zijn, bespreken we samen met u de hiervoor noodzakelijke vervolgstappen.