Europese rechter vergroot toegang tot clementiedossier

07 July 2013

Het Hof van Justitie van de EU kent het clementiedossier bij kartelzaken geen absolute bescherming toe. Dit betekent dat kartelslachtoffers die na een kartelzaak hun schade willen verhalen op de kartellisten (zogeheten follow-on acties), een grotere kans maken informatie uit het clementiedossier te verkrijgen, waarmee zij hun schadevordering kunnen onderbouwen.

In het recente arrest Donau Chemie oordeelde de hoogste Europese rechter dat een nationale wet, die het in feite onmogelijk maakte voor kartelslachtoffers om toegang te verkrijgen tot het clementiedossier, ontoelaatbaar was.

Europese rechter vergroot toegang tot clementiedossier

Het Hof van Justitie van de EU gaat in dit arrest niet mee in de lijn die was voorgesteld door AG Jääskinen. Die betoogde nog dat de rechtspositie van clementieverzoekers (absolute bescherming) belangrijker was dan de rechtspositie van kartelslachtoffers die hun kartelschade vergoed wilden zien (middels follow-on acties). Het Hof van Justitie van de EU kiest een andere benadering.

Op dit moment is het de nationale rechter, die bij een informatieverzoek in de context van een follow-on actie nationaal openbaarmakingsrecht moet toepassen. In Nederland bijvoorbeeld op basis van artikel 843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

Het Hof van Justitie van de EU erkent dat bij kartels clementie, als onderdeel van de publiekrechtelijke handhaving, een doeltreffend instrument is. Er bestaat echter ook  de route van privaatrechtelijke handhaving. Die route wordt ontoelaatbaar gehinderd, als nationaal recht kartelslachtoffers geen enkele ruimte biedt om toegang te krijgen tot het clementiedossier.

Onder verwijzing naar haar eerdere rechtspraak over de verhouding tussen publiekrechtelijke en privaatrechtelijke handhaving, zoals in Pfleiderer (r.o. 30-31), acht het Hof van Justitie van de EU absolute bescherming ontoelaatbaar – ook voor kartellisten die clementieverzoekers zijn. Hij overweegt in het bijzonder dat (r.o. 46):

“het enkele inroepen van een risico dat een clementieprogramma, in het kader waarvan deze documenten aan de bevoegde mededingingsautoriteit zijn verstrekt, aan doeltreffendheid zou inboeten door inzage in bewijsmiddelen in het dossier van een mededingingsprocedure die nodig zijn om vorderingen te onderbouwen, niet volstaat om weigering van inzage in deze gegevens te rechtvaardigen.”

Helaas omschrijft het Hof van Justitie van de EU de buitengrens niet zeer precies. Hetzelfde geldt de relevante factoren die de nationale rechter bij haar belangenafweging in ogenschouw moet nemen (r.o. 48):

“Enkel het risico dat een bepaald stuk in concreto het openbare belang van een doeltreffend nationaal clementieprogramma aantast, kan rechtvaardigen dat dit document niet wordt verspreid.”

De Europese Commissie heeft inmiddels wetsvoorstellen gedaan die de verhouding tussen publiekrechtelijke en privaatrechtelijke handhaving nader behandelen. Deze zullen voor de Nederlandse rechtspraktijk van groot belang zijn. BANNING Advocaten houdt u op dit blog en elders op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen, zodat u steeds goed voorbereid bent en de juiste afweging kunt maken.

MEER WETEN?

Mail vrijblijvend met Adriaan Buyserd

Op de hoogte blijven? 

Download hier onze eBooks en nieuwsbrieven