Titel: “Nieuwste Update | De Commerciële Rechtbank van Nederland – De Allerlaatste Nieuwtjes en Updates

15 March 2017

Blogtekst:

Voor wie zich weleens afvraagt hoe het er werkelijk aan toe gaat in de rechtszaal, kan ik je zeggen dat de waarheid vaak schuilt achter de schermen, tussen de betrokken partijen en hun advocaten. Communicatie tussen advocaten kent normaliter een sterke mate van geheimhouding en discretie. Toch gelden in Nederland enkele uitzonderingen op deze regel. Een opvallend geval hiervan is wanneer de correspondentie tussen advocaten uitmondt in een bindende afspraak tussen hun cliënten. Het is echter niet zo simpel om dit in de rechtbank te bewijzen. De communicatie zelf is niet toegestaan als bewijsmateriaal en kan zelfs leiden tot een klacht bij de Nederlandse Orde van Advocaten.

Maar wij Nederlanders, altijd inventief en op zoek naar alternatieven, hebben daar een slimme oplossing voor bedacht. Als een partij wil aantonen dat er sprake is van een bindende overeenkomst op basis van onderlinge correspondentie, kan deze advies inwinnen bij de deken van de betreffende orde van advocaten. Echter, dit proces kan wat tijd kosten, gezien de deken kan adviseren dat bepaalde delen van de correspondentie als strikt vertrouwelijk moeten worden beschouwd. Andere delen kunnen dan weer nuttig zijn om de veronderstelde afspraak aan te tonen.

Een interessant voorbeeld werd onthuld in een juridische strijd tussen Kamstra en Jack Daniel’s, op 2 september 2015. Beide partijen waren intensief bezig met het treffen van een schikking over een langlopende kwestie met betrekking tot merkinbreuk. Kamstra werd door Jack Daniel’s beschuldigd van onwettige parallelle import en transitohandel. De zaak werd even in de ijskast gezet in afwachting van een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie in een vergelijkbare zaak. Toen deze zaak eenmaal was beslecht, hervatte de advocaat van Kamstra de onderhandelingen, zonder dat dit tot een ondertekende overeenkomst leidde.

In deze complexe situatie besliste de rechtbank dat Jack Daniel’s niet verplicht was om de onderhandelingen voort te zetten. Daarbij werd rekening gehouden met eerder opgestelde regelgeving in vergelijkbare zaken. Daarnaast werd de eis van Jack Daniel’s voor volledige vergoeding van kosten afgewezen. Het toont aan dat niet elke rechterlijke procedure nuttig kan zijn voor de verdediging in een zaak over intellectuele eigendomsrechten. Kamstra’s vordering is gebaseerd op een eerder gemaakte overeenkomst, en niet op een inbreuk op intellectuele eigendomsrechten. Dit maakt de zaak wezenlijk anders dan zaken waarin een verbod dat in een overeenkomst is opgenomen, wordt nageleefd. In dergelijke gevallen kan men aanspraak maken op volledige kostenvergoeding. Bovendien is een schikking treffen geen handhavingsmaatregel waar de Handhavingsrichtlijn op van toepassing is. Het is wel verteerbaar, maar het juridische wereldje kan op times toch wat ingewikkeld zijn!