Wordt gezamenlijke inkoop in Nederland omgezet in een inkoopkartel? | Een diepgaande discussie over inkoopsamenwerkingen

expertise:

Competition & Regulatory

newsletter:

Wilt u meer weten over dit onderwerp, schrijf u in voor onze nieuwsbrief

This field is for validation purposes and should be left unchanged.

19 March 2019

1. Inleiding

Wanneer een schuldenaar, met het recht van verrekening, zijn medeschuldenaar op de hoogte brengt van zijn intentie om zijn schuld te verrekenen met zijn vordering, worden zowel de schuld als de vordering in onderling overleg weggenomen. Volgens de wet (artikel 6:127 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek) is voor verrekening vereist dat de partijen zowel elkaars schuldeisers als schuldenaren zijn. Deze voorwaarde wordt ook wel aangeduid als “wederkerigheid van vorderingsrecht en schuldverplichting”.

2. Uitspraak van de Hoge Raad

2.1. De feiten
De Hoge Raad heeft onlangs een uitspraak gedaan in verband met deze wederkerigheidsvoorwaarde (HR 23-03-2018, ECLI:NL:HR:2018:428).

AA Accountants bepleitte tijdens cassatie dat het hof besluit haar argument af te wijzen om de vordering op P&H voor onbetaalde facturen te verrekenen met haar schuld aan Previa vanwege een gebrek aan wederkerigheid, onjuist was. AA Accountants beweerde dat er meerdere overeenkomsten waren met P&H en haar dochterondernemingen met betrekking tot het verrekenen van de vordering op P&H en dochterondernemingen (voor accountancydiensten) met de vorderingen die Previa bij AA Accountants zou indienen voor geleverde diensten.

2.2. Uitspraak van de Hoge Raad
De Hoge Raad gaf AA Accountants gelijk. Volgens de Hoge Raad is het ‘wederkerig schuldenaarschap’-principe van Artikel 6:127 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek geen vereiste. Dit betekent dat er van dit principe afgeweken kan worden, zelfs in situaties van faillissement.

3. Praktisch advies

Theoretisch gezien kunnen zakelijke partners het recht van verrekening uitbreiden, beperken of volledig uitsluiten door middel van contractuele afspraken, zolang elke partij kan afwijken van de “wederkerigheid van schuldeiserschap en schuldenaarschap”. Dit kan nuttig zijn voor bedrijven die deel uitmaken van een groep waarbinnen meerdere schulden of vorderingen aanwezig zijn.

Heeft u vragen over dit artikel of andere gerelateerde cassatieonderwerpen, aarzel dan niet om contact op te nemen met Marc Janssen of andere leden van het Cassatie-team van Banning advocaten.